Wat is de rol van opa en oma in de opvoeding? Meestal schrijven we voor ouders, maar dit artikel is speciaal voor grootouders geschreven. Als opa of oma heb je een bijzondere band met je kleinkind. Grootouders hebben vaak een positieve invloed op hun kleinkind. Hoe belangrijk zijn grootouders voor een kind en hoe kun je als opa of oma bijdragen aan een positieve ontwikkeling van je kleinkind?
Opa en oma worden
Opa en oma worden is heel bijzonder. Je hebt zelf niet in de hand of je grootouder wordt of niet. Daarom is het vaak een leuke verrassing. Je eigen kind wordt vader of moeder en nu kun je met meer afstand genieten van de kindertijd van je kleinkind. Dit is een bijzondere positie, want je hebt nu zelf geen slapeloze nachten, minder verantwoordelijkheid en je hebt je kleinkinderen niet constant om je heen. Hierdoor is er vaak veel ruimte voor leuke, warme momenten met je kleinkind(eren). De band tussen grootouder en kind is daarom vaak heel warm.
Hoe belangrijk zijn grootouders voor een kind?
Grootouders zijn erg belangrijk voor een kind. Dit komt doordat grootouders een speciale band hebben met hun kleinkind. Er is een grote emotionele betrokkenheid en onvoorwaardelijke liefde. Kinderen voelen zich meestal dan ook heel veilig bij hun opa of oma. Vooral als een kind van baby af aan veel contact heeft met opa of oma. Je kleinkind leert jou en je huis goed kennen. Kleinkinderen worden daarnaast vaak verwend door opa’s en oma’s met snoep, een cadeautje, een knuffel en veel positieve aandacht. Kinderen genieten hiervan. Ze voelen de warmte en ze voelen zich gezien. Je bent trots op je kleinkind en je geniet ervan tijd samen door te brengen. En dat voelt een kind.
Ook hebben grootouders meer afstand tot hun kleinkind dan ouders. Hierdoor kunnen ze soms met meer geduld op het gedrag van hun kleinkind reageren. Uit onderzoek blijkt zelfs dat een goede band met grootouders kan zorgen voor betere schoolresultaten bij kinderen, minder opstandig gedrag en dat kinderen zelfstandiger zijn in het nemen van beslissingen (Hayslip & Kaminski, 2005). Je kind leert veel van jouw levenservaring. Kinderen die met oudere mensen omgaan, ontwikkelen meer sociale vaardigheden. Tot slot zijn gezinnen met betrokken grootouders minder afhankelijk van de hulpverlening. Als opa of oma kun je dus een hele positieve invloed hebben op je kleinkind.
Regelmatig oppassen als opa of oma
In veel gezinnen met jonge kinderen passen opa of oma één of meer dagen op de kleinkinderen. Uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat bij 52% van de gezinnen met baby’s of kleuters, grootouders meehelpen met de opvang. Vooral als grootouders in de buurt wonen, steunen zij het gezin. Niet alleen door het opvangen van de kleinkinderen, maar ook door het bieden van een luisterend oor, advies geven en gezelligheid (De Roos, Bucx, & van den Berg 2021).
Regelmatig oppassen op je kleinkinderen heeft veel voordelen. Je krijgt een hechte band met je kleinkind, je kleinkind leert veel van jouw levenservaring en fijne familietradities worden doorgegeven. Ook voor jezelf heeft het voordelen; grootouders die oppassen hebben een kleiner risico op alzheimer en andere cognitieve stoornissen. Let wel op dat de oppasdagen niet te belastend en stressvol zijn, want dan is het niet goed voor je gezondheid. Oppassen kan zwaar zijn, dus bedenk goed wat jij zelf graag wilt en wat haalbaar is. Als je een vaste oppas bent voor je kleinkind, dan word je mede-opvoeder en krijg je ook te maken met de uitdagende aspecten van het opvoeden. Het is daarom belangrijk om goede afspraken te maken met de ouders over het oppassen en er regelmatig met elkaar over te praten.
Wat is de rol van opa en oma in de opvoeding?
De rol van opa en oma in de opvoeding hangt af van hoe vaak je je kleinkinderen ziet en of je ook oppast. Als je wekelijks of heel regelmatig op je kleinkind past, ben je mede-opvoeder. Dit is een andere rol dan wanneer je kleinkind alleen af en toe op bezoek komt. In beide situaties is er meestal sprake van veel liefde en warmte, waardoor je een positieve invloed hebt op je kleinkind. In de opvoeding reageren grootouders vaak met meer geduld. Dit komt waarschijnlijk omdat zij meer afstand hebben.
Ook ouders ervaren de steun van grootouders vaak als heel fijn. Als de band goed is, blijkt er zelfs ook ruimte te zijn voor ongevraagd advies en uiteenlopende ideeën over de opvoeding. Ideeën over de opvoeding mogen best uiteenlopen. Toch is het prettig als je zoveel mogelijk de opvoed-ideeën van de ouders volgt. Sommige grootouders kiezen ervoor om het volledig op hun eigen manier te doen, anderen nemen volledig de manier van opvoeden van de ouders over. De meeste grootouders zitten hier echter tussenin. Dit is voor de meeste situaties ook het fijnste. Je volgt ouders in hun wensen en de belangrijkste regels, maar je voedt ook op, op een manier die bij jezelf past.
Tips voor het positief opvoeden van je kleinkinderen
Hieronder lees je 8 tips om een positieve invloed te hebben op je kleinkinderen.
1. Geef je kleinkind veel positieve aandacht
Geef liefde en positieve aandacht. Dit heeft een positief effect op de ontwikkeling van je kleinkind. Laat je kleinkind merken dat je trots op hem of haar bent en geniet van jullie tijd samen. Kinderen genieten ervan om verwend te worden. Het is dan ook begrijpelijk dat jij je kleinkind extra wil verwennen met iets lekkers of een cadeautje, maar besef dat positieve aandacht het meest waardevol is voor je kleinkind. Wil je graag iets geven, stem dit dan af met de ouders en gebruik duurzame cadeautjes.
Als je kleinkinderen niet dichtbij wonen, leer dan videobellen en spreek op die manier af met elkaar. Via een videocall kun je ook voorlezen of een spelletje spelen met je kleinkind.
2. Tradities
Maak gebruik van tradities, bijvoorbeeld iets wat jij hebt meegekregen van jouw ouders of jouw opa of oma. Kinderen houden hiervan, tradities zorgen voor verbinding met elkaar en veiligheid. Je kleinkinderen zullen een traditie onthouden en er later met veel warmte aan terugdenken.
3. Positief opvoeden
Uit de huidige wetenschap blijkt dat positief opvoeden leidt tot zelfstandige, zelfverzekerde kinderen, die goed functioneren in de maatschappij. Bij positief opvoeden creëer je als opvoeder een veilige en stimulerende omgeving voor het kind. Je helpt het kind op een liefdevolle manier bij het aanleren van gedrag en vaardigheden. Dit wordt in de literatuur ook wel een autoritatieve opvoeding genoemd. Vroeger werd er vaak autoritair opgevoed, maar de effecten hiervan zijn veel negatiever op zowel ouder als kind. Lees hier meer over het effect van positief opvoeden op ouders en kinderen. Heb je moeite om positief om te gaan met bepaald gedrag van je kleinkind? Vraag je (schoon)zoon of (schoon)dochter dan hoe zij met dit gedrag omgaan.
Hier kun je meer lezen over het opvoeden met of zonder straf, hoe je kunt opvoeden zonder te straffen en de effecten van positief opvoeden op kinderen en ouders.
4. Praat met de ouders over de kleinkinderen
Het is voor de ouders heel fijn om te horen waar je trots op bent bij hun kind. Benoem de positieve kanten van het kleinkind. Bevestig ook ouders in hun opvoedrol. Er staat veel druk op ouders en ze willen het graag goed doen voor hun kind. Het is heel fijn als ze dan bevestiging krijgen van iemand die belangrijk voor ze is.
Als je regelmatig opvoedt, is het ook goed om met elkaar te praten over belangrijke regels en uitdagend gedrag van je kleinkind. Bevraag je (schoon)zoon/dochter over hoe zij ermee omgaan en wat zij belangrijk vinden. Praat regelmatig laagdrempelig met elkaar over de opvoeding. Stel dan vooral vragen en luister naar wat de ouders belangrijk vinden en naar wat zij merken dat voor hun goed werkt. Dit werkt beter dan pas met elkaar gaan praten als emoties of irritaties al hoog opgelopen zijn.
5. Maak duidelijke afspraken bij regelmatig oppassen
Pas je regelmatig op je kleinkinderen? Dan word je een mede-opvoeder en is het goed om duidelijke afspraken te maken met de ouders. Maak afspraken over waar je oppast, over dagschema’s, wat jullie belangrijk vinden in de opvoeding en wat je van elkaar verwacht. Volg zoveel mogelijk de opvoednormen en huisregels van de ouders. Zeker bij jonge kinderen is het belangrijk om het ritme en het voedingsschema dat de ouders gebruiken te volgen.
6. Helpen en steunen in plaats van bemoeien
Ouders waarderen de hulp van grootouders enorm. Probeer op een positieve manier te helpen en te steunen. Besef dat je kleinkinderen niet jouw kinderen zijn en geef je (schoon)zoon en/of (schoon)dochter de kans om het op hun eigen manier te doen. Respecteer de aanpak van de ouders en uit je waardering voor de manier waarop de ouders voor je kleinkind zorgen. Ook als dit misschien niet precies jouw manier is.
Stem je hulp af met de ouders en vraag waar zij behoefte aan hebben. Geef geen ongevraagd advies, maar benoem wat de ouders goed doen. Zie jij iets in de opvoeding wat je opvalt? Breng dit dan op een rustige, respectvolle manier, zonder de ouders aan te vallen. Verplaats je in de ouders en stel vooral vragen in plaats van advies te geven. Als je een bepaald patroon opvalt tussen je kleinkind en de ouders, vraag dan eens of jouw (schoon)zoon/dochter dit ook herkent en hoe ze hierover denken. Zo kun je een mooi gesprek krijgen over wat jouw kleinkind het beste kan helpen.
7. Geef je eigen grenzen aan
Houd goed in de gaten of het oppassen niet te veel wordt. Het zorgen voor kleine kinderen is intensief en vraagt zowel fysiek als emotioneel veel. Zeker als je het niet meer gewend bent. Het is fijn om je kinderen te helpen en tijd door te brengen met je kleinkinderen, maar zorg hierbij ook goed voor jezelf.
8. Verschil in opvoedstijl
Sluit zoveel mogelijk aan bij de opvoedstijl van de ouders. Dit geeft voor je kleinkind duidelijkheid. Verdiep je in de opvoeding die gegeven wordt door de ouders, ook als jullie verschillende visies op opvoeden hebben. Probeer open te staan voor de opvoedvisie van jouw (schoon)zoon en/of (schoon)dochter. Er mogen best kleine verschillen zijn in jouw opvoedstijl en die van de ouders. Let hierbij wel op dat de verschillen niet te groot zijn en je de opvoednormen van de ouders respecteert. Maak verschillen bespreekbaar voordat irritaties hoog oplopen. Stel je nieuwsgierig op, in plaats van belerend. Waarom doen de ouders het op die manier? Wat merken zij dat werkt? Vertel hoe jij het doet en vraag wat de ouders daarvan vinden. Als er toch irritaties ontstaan, is het goed om duidelijke afspraken te maken. Ga met elkaar in gesprek, blijf positief en uit je waardering naar elkaar.
Meer informatie speciaal voor grootouders kun je vinden op:
Bronnen bij dit artikel